Skip to main content

Werk type: Actueel

Aan de slag met beeldbellen in de zorg

De interesse in de SET Covid-19 subsidieregeling was overweldigend. En de urgentie voor digitale zorg op afstand (veelal beeldbellen) voor thuiswonende cliënten nooit eerder zo groot. De reden is schrijnend, absoluut. Maar de beweging naar meer inzet van technologie is hoognodig. Het zal onze samenleving goed doen.

De subsidie-impuls was duidelijk meer dan welkom. Een minderheid had geluk en kreeg na loting de subsidie toegekend. Bent u één van hen, gefeliciteerd! Met de subsidie kunt u op gang komen, vaart maken of opschalen. Zorgtechnologie onderdeel maken van uw werkwijze. Duurzaam en toekomstgericht. Als onderdeel van uw visie en (innovatie)strategie.
Dat begint met een zorgvuldig implementatieproces, waarin oog is voor zowel de technologische als de sociale innovatie.

Het implementatieproces bestaat uit vijf fasen met onderliggende activiteiten:

  1. Visie en projectvoering
  2. Ontwerpen dienst
  3. Veranderaanpak
  4. Beginnen en leren
  5. Opschalen en borgen

Bureau HHM is uw implementatiepartner bij het realiseren van zorg op afstand. Dat kan betekenen dat wij op momenten in het proces even met u meedenken. Het kan ook betekenen dat wij het gehele implementatieproces voor u (bege)leiden. En alles daartussen.

Is uw subsidieaanvraag niet toegekend? Verander uw strategie, niet uw ambitie. Het vraagt vooral om heroriëntatie: wat en hoe dan wel? En om herijking van uw businesscase. Wellicht zijn andere financieringsmogelijkheden interessant voor u. Ook hierin adviseren en ondersteunen wij u graag. Waar een wil is, vinden we samen een weg.

 

Onderzoek naar de meerwaarde van onderbelichte beroepsgroepen in de zorg

In 2017 vroeg de Nederlandse Vereniging voor Relatie- en Gezinstherapie (NVRG)
bureau HHM om de maatschappelijke ontwikkelingen te schetsen die vragen om een systeemaanpak en daarbij de werkwijze van een systeemtherapeut te beschrijven en te kwantificeren. Met dit onderzoek lieten we de meerwaarde zien van deze beroepsgroep door het ophalen van praktijkervaringen. De NVRG behaalde positieve resultaten met het onderzoek: zij kregen de meerwaarde van het werk van de systeemtherapeut veel beter op de agenda van politiek en beleid. Daarom benaderde de Nederlandse Wetenschappelijke Vereniging voor Seksuologie (NVVS) ons in 2019 voor een soortgelijk onderzoek.

In beide onderzoeken brachten we van drie uiteenlopende casussen zowel de kwalitatieve als kwantitatieve aspecten in kaart. Dat deden we samen met verschillende typen therapeuten en zorgmedewerkers. Hierbij keken we naar de doelmatigheid, effectiviteit en duurzaamheid van een behandeling en aanpak door leden van de beroepsverenigingen, ten opzichte van een aanpak zonder gediplomeerd en geregistreerde leden van de verenigingen. We haalden deze inzichten onder andere op tijdens focusgroep-interviews. De NVRG en de NVVS waardeerden het bijzonder dat wij als objectieve buitenstaander kritische vragen konden stellen om de meerwaarde scherp te krijgen. Ook toetsten we de standpunten van de beroepsvereniging bij andere professionals of in bestaande richtlijnen. Het rapport en de factsheet van de NVVS zullen naar verwachting binnenkort openbaar gemaakt worden.

Met deze aanpak, door gebruik te maken van veelvoorkomende casuďstiek, schetsten wij een realistisch beeld van het werk van een beroepsgroep. Als objectieve buitenstaander lieten wij zien hoe de zorg – geleverd door professionals uit een specifieke beroepsgroep – verschilt van de zorg die geleverd wordt door professionals buiten die beroepsgroep. Zowel kwantitatief (financieel) als kwalitatief. Zo brachten wij de meerwaarde van de beroeps¬groep of bepaalde type behandeling objectief en volledig in kaart. En konden zij met een beknopt en onderbouwd verhaal hun meerwaarde zichtbaar maken bij verschillende stakeholders.

Wilt u meer weten over dit onderzoek of een onderzoek naar de meerwaarde van uw beroepsgroep?
Nelleke Dijk en Eline Lubbes vertellen er graag over, t. 053 433 05 48.

Lezen: De meerwaarde van systeemtherapie

Denk mee: Hoe kunnen we het beroep op en de kosten in het Sociaal Domein voorspellen?

Gemeenten geven jaarlijks vele miljarden uit in het Sociaal Domein. Om ervoor te zorgen dat iedereen ook mensen met beperkingen zo zelfstandig mogelijk kan wonen en leven. De omvang van deze uitgaven in combinatie met een toenemend beroep op het Sociaal Domein vragen om een zorgvuldige en inzichtelijke budgettering.

Vanuit bureau HHM hebben we de afgelopen jaren veel onderzoek gedaan naar de
vraagontwikkeling in het Sociaal Domein en de implicaties daarvan voor de uitgaven. In veel van
deze onderzoeken hebben we gebruikgemaakt van de WoonZorgwijzer als onderdeel van onze prognosemodellen. De WoonZorgwijzer voorspelt niet alleen de aanwezigheid van mensen met verschillende aandoeningen (zoals dementie of somatische aandoeningen), maar ook het voorkomen van specifieke beperkingen (zoals beperkingen in het zelfstandig doen van het
huishouden). Daardoor biedt het ook goede mogelijkheden om bijvoorbeeld (vormen van) Wmo
gebruik te voorspellen.

Het is dan ook een vrij logische stap om – met de WoonZorgwijzer als basis – een
model te ontwikkelen
waarmee het beroep op het Sociaal Domein en de daarmee samenhangende kosten zijn te voorspellen.

Bureau HHM wil deze nieuwe module samen met Platform 31 en Stichting InFact gaan ontwikkelen. Met als eerste stap een (online) bijeenkomst waarin we samen met deze partners en een aantal geďnteresseerde gemeenten (vrijblijvend) onze plannen bespreken en bekijken of deze aansluiten op de behoeften in de lokale praktijk. Deze bijeenkomst willen we voor de zomer van 2020 inplannen.

Interesse? Meedenken?
Uw bijdrage is welkom! Stuur een bericht aan Lennart Homan. Hij neemt dan contact met u op.

Animo voor subsidieregeling Zorg op afstand overweldigend

Afgelopen woensdag opende de RvO een uitbreiding op de Stimuleringsregeling E-health Thuis om als zorgorganisatie in tijden van de coronacrisis met subsidie zorg op afstand te kunnen realiseren. Vanmorgen is de SET COVID-19 (tijdelijk) gesloten en wordt er met het ministerie van VWS overlegd wat mogelijk is om in de behoefte van het veld te voorzien.

Bureau HHM is voor een aantal zorgorganisaties bij de aanvraag en het activiteitenplan betrokken. Gezien het belang van E-health voor zorgorganisaties nu en in de toekomst gaan wij door met onze voorbereidingen zodat zorgorganisaties er straks klaar voor zijn.

Lees meer

Onderzoek: meerwaarde geclusterde woonvoorzieningen voor ouderen

Op verzoek van belangenvereniging Actiz deed bureau HHM afgelopen jaar onderzoek naar de meerwaarde van geclusterde woonzorgvoorzieningen voor ouderen. De uitkomsten van dit onderzoek zijn vandaag door Actiz gepubliceerd. Het rapport bevat belangrijke knelpunten en succesfactoren voor het ontwikkelen van geclusterde woonvoorzieningen voor ouderen.

Lennart Homan: “Door de toename van de vergrijzing zal het aantal kwetsbare ouderen de komende jaren snel toenemen. De beweging naar meer zorg langer thuis zorgt ervoor dat een groot grijs gebied ontstaat tussen zelfstandig thuis en het verpleeghuis. In dit grijze gebied is ruimte voor de ontwikkeling en realisatie van een grote diversiteit aan woonzorgvoorzieningen. Van de meer traditionele verzorgingshuisconcepten tot innovatieve, eigentijdse woonzorgvoorzieningen. De behoefte aan deze tussenvormen is evident. Er zitten immers grenzen aan de zorg en ondersteuning die in de thuissituatie geboden kan worden. Naarmate de complexiteit en intensiteit van de vraag toeneemt komen deze grenzen steeds dichterbij.”

Belangrijkste resultaten onderzoek bureau HHM; geclusterde woonvoorzieningen voor ouderen
In het onderzoek van bureau HHM kwamen drie archetypen naar voren van geclusterde woonvoorzieningen voor ouderen:

  1. Specifiek concept van wonen in combinatie met zorg
  2. Wijk-/gebiedsgerichte functie
  3. Centrale rol binnen de gemeenschap

Belangrijke succesfactoren bleken:

  1. Een sterke en gedeelde visie en ambitie
  2. Onderling vertrouwen, draagvlak en integriteit
  3. Ondernemerschap en transparantie over de financiering

De knelpunten zijn verdeeld over drie domeinen:

  1. Financiering en wetgeving
  2. Wonen en ruimtelijke ordening
  3. Samenwerking

De belangrijkste knelpunten en aanbevelingen om deze op te lossen staan
in het rapport van bureau HHM.

Ervaring en expertise Wonen en zorg
Natuurlijk vertelt bureau HHM u ook buiten het congres meer over dit onderzoek en over wat wij nog meer kunnen en doen gebied van wonen en zorg. Neem gerust contact met ons op: t. 053 433 05 48.

Nieuwsbericht Actiz, 20 februari 2020

Hoeveel zorggeschikte woningen heeft uw gemeente in de toekomst nodig?

Gemeenten krijgen dit jaar de opdracht van de landelijke Taskforce Wonen en Zorg om
een concrete analyse te maken van de lokale opgaven op het gebied van wonen, zorg en welzijn voor ouderen en andere kwetsbare inwoners. Bureau HHM is al veertig jaar actief binnen zorg en welzijn. Wij kennen de zorg- en ondersteuningsbehoeften van kwetsbare doelgroepen en zijn uitstekend in staat om deze te vertalen naar de woon- en zorgopgaven. Hiervoor ontwikkelden wij een methode die gemeenten inzicht geeft in deze lokale opgaven en die helpt bij het opstellen van een toekomstbestendige woonvisie: de woonzorgverkenner.
 
Dit is nodig omdat het gat tussen thuis en het verpleeghuis te groot blijkt. Er ontstaan lange wachtlijsten voor verpleeghuizen en TNO voorspelde onlangs dat over twintig jaar een verdubbeling van het aantal plekken nodig is. Hoeveel zorggeschikte woningen heeft uw gemeente in de toekomst nodig?

De door bureau HHM ontwikkelde methode maakt gebruik van gemeente-specifieke data over onder andere de woonzorgbehoefte en het woningaanbod op wijkniveau. Met behulp van onze analyse-tools vertalen we deze data naar informatie die u nodig heeft om antwoord te krijgen op vragen als:  

  1. Hoe ziet de vraag van verschillende zorgdoelgroepen op het gebied van opvang en huisvesting eruit en hoe ontwikkelt de vraag zich de komende jaren?
  2. Hoe ziet het huidig aanbod van opvang en huisvesting voor de verschillende zorgdoelgroepen eruit?
  3. Hoe ziet de opgave eruit als de ontwikkeling van de vraag wordt vergeleken met het huidige aanbod en wat betekent dat voor vastgoed/huisvestingsopgave voor de verschillende zorgdoelgroepen. Waar doen zich leemtes voor?

Taskforce Wonen en Zorg

De Taskforce Wonen en Zorg is een initiatief van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), de vereniging van woningcorporaties Aedes, VVT-branchevereniging Actiz en de ministeries VWS en BZK.

De Taskforce ziet het als haar taak om gemeenten, woningcorporaties en zorg­organisaties samen in beweging te krijgen tot het ontwikkelen van passend (woon)aanbod voor mensen met een zorg- of ondersteunings­vraag. Hierbij stuurt de Taskforce onder andere aan op het ontwikkelen van nieuwe woonvormen als tussenoplossing tussen zelfstandig thuis wonen en het verpleeghuis.

Actuele landelijke onderzoeken naar nieuwe woonvormen en woonzorgvoorzieningen

Meerwaarde van geclusterde woonzorgvoorzieningen voor ouderen
Op verzoek van belangenvereniging Actiz deed bureau HHM afgelopen jaar onderzoek naar de meerwaarde van geclusterde woonzorgvoorzieningen voor ouderen. In het onderzoek van bureau HHM kwamen drie archyetypen naar voren van geclusterde woonvoorzieningen voor ouderen. Het rapport bevat belangrijke knelpunten en succesfactoren voor het ontwikkelen van geclusterde woonvoorzieningen voor ouderen. Wilt u op de hoogte gehouden wanneer dit rapport gepubliceerd wordt? Laat dan hier uw e-mailadres achter. 
 
(Financiering) kleinschalige woonvormen
Bureau HHM voerde verschillende onderzoeken uit naar kleinschalige woonvormen, in het bijzonder pgb-gefinancierde woonvormen. Het ging hierbij zowel om landelijke onderzoeken, als om trajecten voor individuele woonvormen.
 
Op dit moment verricht bureau HHM in opdracht van het ministerie van VWS een onderzoek om antwoord te geven op de volgende vraag: Welke impact heeft de manier van financieren op de zorg binnen kleinschalige woonvormen? Bureau HHM voert daarom gelijktijdig twee onderzoeken uit. Het eerste onderzoek gaat over de effecten van het bundelen van persoons gebonden budgetten (pgb’s) in kleinschalige woonvormen binnen de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Wet langdurige zorg (Wlz). Het tweede onderzoek gaat over de financiering van kleinschalige woonvormen met verschillende leveringsvormen binnen de Wlz. Lees meer>>
 
Meer informatie?
Neem contact op met Lennart Homan en Patrick Jansen,

Evaluatie koploperaanpak cliëntondersteuning

Cliëntondersteuning helpt mensen bij het kiezen van de juiste zorg en ondersteuning. Gemeenten spelen een belangrijke rol bij het vormgeven van cliëntondersteuning. Het ministerie van VWS wil een impuls geven aan cliëntondersteuning. Hiervoor is een meerjarig programma gestart, waarbij koplopergemeenten zelf aan de slag gaan en andere gemeenten inspireren. Het ministerie van VWS laat deze koploperaanpak tijdens de looptijd ervan evalueren, om tussentijds te kunnen leren en verbeteren. Bureau HHM voert dit onderzoek uit.
 
Cliëntondersteuning is belangrijk voor de toegankelijkheid van zorg en ondersteuning. Het helpt mensen om hun behoeften te verhelderen en de juiste hulp te kiezen en te vinden. Daarmee behouden zij zelf zoveel mogelijk de regie.
 
De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) bepaalt dat cliëntondersteuning onafhankelijk, laagdrempelig en kosteloos moet zijn. In de praktijk bestaan grote lokale verschillen hoe cliëntondersteuning wordt ingevuld. Met de koploperaanpak geeft het ministerie van VWS een impuls aan het beleid van gemeenten rondom cliëntondersteuning.
 
Om te onderzoeken hoe goed deze aanpak werkt, voert bureau HHM een lerende evaluatie uit, als onderdeel van de pilot ‘lerend evalueren’ van het ministerie van VWS. Daarmee krijgen betrokkenen, zoals het ministerie, gemeenten en landelijke partijen, tijdens de looptijd van het programma aanknopingspunten voor het doorvoeren van verbeteringen.
 
Meer informatie?
Neem contact op met Marco Wolves of Albertus Laan.

 

Onderzoek financiering kleinschalige woonvormen

Welke impact heeft de manier van financieren op de zorg binnen kleinschalige woonvormen? Dat wil het ministerie van VWS graag weten. Bureau HHM voert daarom gelijktijdig twee onderzoeken uit. Het eerste onder­zoek gaat over de effecten van het bundelen van persoons­­gebonden budgetten (pgb’s) in kleinschalige woonvormen binnen de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Wet langdurige zorg (Wlz). Het tweede onderzoek gaat over de financiering van kleinschalige woonvormen met verschillende leveringsvormen binnen de Wlz.
 
Mensen met een indicatie voor zorg kunnen kiezen om te gaan wonen in een kleinschalige woonvorm. Het kan gaan om mensen met een lichtverstandelijke beperking, met psychiatrische problematiek of om ouderen met somatische of psychogeriatrische problematiek. Vanuit het principe van het scheiden van wonen en zorg betalen ze zelf voor servicekosten en huisvesting. De zorg wordt betaald vanuit pgb’s of zorg in natura
 
Onderzoek 1: bundeling pgb’s kleinschalige woonvormen
De afgelopen jaren zijn uiteenlopende soorten kleinschalige woon­vormen ontstaan waar de zorg wordt betaald met een persoons­gebonden budget (pgb). Deze verschillen van elkaar in de wijze waarop zorg wordt georganiseerd en hoe de betaling wordt geregeld: soms kopen ze vanuit het individuele pgb direct zorg in bij de zorgverlener, maar soms kopen pgb-houders ook gezamenlijk zorg in. Zij bundelen dan hun pgb’s. Het ministerie van VWS wil meer inzicht in de gevolgen van het bundelen van pgb’s, om een visie te kunnen ontwikkelen op de bekostiging van kleinschalige woonvormen in relatie tot het bundelen van pgb’s.
 
Onderzoek 2: financiering kleinschalig wonen Wlz
Mensen met een Wlz-indicatie kunnen kiezen in welke leverings­vorm zij hun zorg willen ontvangen. Dit geldt ook voor zorg die wordt geboden in kleinschalige woonvormen. Naast de keuze voor intramurale zorg bestaat de mogelijkheid van extra­murale zorg via een volledig pakket thuis (vpt), een modulair pakket thuis (mpt) of een persoonsgebonden budget (pgb). Het ministerie van VWS wil meer inzicht in het brede scala aan kleinschalige woonvormen binnen de Wlz en de wijze van bekostiging, om te kunnen beoordelen of een meer eenduidige wijze van bekostiging nodig en/of mogelijk is.
 
Om tot een goed beeld te komen van de implicaties van de financieringswijze bezoekt bureau HHM een groot aantal kleinschalige woonvormen, waarbij gesproken wordt met initiatiefnemers, bestuurders, locatiemanagers en cliënten/cliëntvertegenwoordigers.
 
Ervaring bureau HHM
Bureau HHM voerde verschillende onderzoeken uit naar kleinschalige woonvormen, in het bijzonder pgb-gefinancierde woonvormen. Het ging hierbij zowel om landelijke onderzoeken, als om trajecten voor individuele woonvormen.
 
Onderzoeker Frank Terpstra: “Het is erg inspirerend om deze onderzoeken uit te mogen voeren. We zien een aantal overeenkomsten, maar ook een diversiteit in de manier waarop deze mensen vanuit bevlogenheid de zorg en ondersteuning vormgeven. We proberen onze bevindingen zo helder mogelijk te beschrijven. Zodat beleidsmakers de juiste keuzes kunnen maken voor de financiering van kleinschalige woonvormen en kwetsbare mensen de best passend zorg krijgen op een plek waar zij zich thuis voelen”.
 
Meer weten?
Frank Terpstra, t. 053 433 05 48, vertelt u graag meer over deze onderzoeken.

Onderzoek Jeugd-GGZ in de Wlz

De Tweede Kamer wil weten wat de consequenties zijn als de Wet langdurige zorg (Wlz) niet alleen voor volwassenen, maar ook voor jeugdigen met psychische problematiek wordt opengesteld. Bureau HHM doet onderzoek naar de doelgroep jongeren en brengt de uitvoerings- en financiële consequenties in beeld.   
 
De Tweede Kamer nam in 2019 het wetsvoorstel ‘Toegang tot de Wlz voor mensen met een psychische stoornis’ aan. Tegelijk is een amendement aangenomen waarin wordt gesteld dat jeugdigen met een psychische stoornis op een nader te bepalen tijdstip toegang tot de Wlz moeten kunnen krijgen, dus net zoals volwassenen. Het ministerie van VWS wil graag inzicht in wat dit betekent: over welke jongeren hebben we het, hoe groot is deze doelgroep en wat zijn de gevolgen voor de uitvoeringspraktijk? Bureau HHM voert dit onderzoek uit.
 
Ervaring bureau HHM
Bureau HHM ontwikkelde eerder al het afwegingskader voor de Wlz. Ook deed bureau HHM in opdracht van Zorginstituut Nederland onderzoek naar welke volwassen met psychische problematiek toegang moeten kunnen krijgen tot de Wlz.
 
Meer informatie?
Neem gerust contact op met Patrick Jansen, t. 053 433 05 48.

Eerste resultaten evaluatie programma Eén tegen Eenzaamheid bekend

Minister van VWS Hugo de Jonge publiceerde op 15 januari de Kamerbrief 2e voortgangsrapportage ‘Eén tegen eenzaamheid’. In deze brief wordt gerefereerd aan de ‘Rapportage eerste fase ex durante evaluatie programma Eén tegen Eenzaamheid’ van bureau HHM. De rapportage beschrijft de eerste resultaten van ons onderzoek naar het programma.

Het onderzoek richt zich op de effectiviteit van de strategie die is gekozen bij de opzet van het programma. Uit dit onderzoek blijkt onder andere dat de ingezette strategie, inrichting en de ondersteuningsstructuur binnen het programma Eén tegen Eenzaamheid bijdraagt aan het realiseren van een nieuwe en duurzame aanpak van eenzaamheid.

Het ministerie van VWS wil het programma tijdens de gehele looptijd (drie jaar) laten evalueren, om er tussentijds van te kunnen leren. Bureau HHM blijft het programma daarom ook dit en volgend jaar volgen.

In de media
Zorgvisie publiceerde gisteren het artikel: Onderzoek bevestigt effectiviteit programma Eén tegen Eenzaamheid over het onderzoek.

Rapportage 
Eerste fase ex Durante evaluatie programma Eén tegen Eenzaamheid

Meer weten?
Neem dan contact op met Albertus Laan of Marco Wolves, t. 053 433 05 48.

Evaluatie regeling casemanagement dementie

Om de wachttijden voor casemanagement dementie transparant en goed vergelijkbaar te maken voor cliënten en verzekeraars is sinds 1 december 2018 de regeling ‘transparantie zorgaanbieders casemanagement dementie’ van kracht. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft bureau HHM de opdracht gegeven om deze regeling te evalueren.
 
Uit de evaluatie moet blijken:

  • Of het doel van de regeling wordt bereikt;
  • Wat de ervaringen van aanbieders zijn;
  • Of de gegevens die nu beschikbaar worden gesteld door Vektis de gewenste transparantie opleveren over wachttijden en wachtlijsten voor zorgverzekeraars en de overheid.

De regeling verplicht aanbieders om maandelijks eenduidige wachtlijstcijfers op te leveren en op de website te publiceren. Volgens deze regel staat iemand op de wachtlijst wanneer hij of zij langer dan zes weken moet wachten op toegang tot casemanagement dementie.
 
De resultaten van het onderzoek zijn naar verwachting eind maart 2020 bekend.
 
Ervaring casemanagement dementie
Voorafgaand aan de invoering van deze nadere regel onderzocht bureau HHM, in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), het gebruik van Casemanagement Dementie en de wachttijden en wachtlijsten.
 
In 2016 onderzocht bureau HHM, ook in opdracht van het ministerie van VWS, hoe de verschillende ketens invulling geven aan casemanagement dementie, knelpunten en mogelijke oplossingen.
 
Meer weten?
Neem dan contact op met Patrick Jansen of  Eline Lubbes, t. 053 433 05 48.

Onderzoek tarieven Veilig Thuis Rotterdam Rijnmond

In opdracht van de samenwerkende gemeenten in de regio Rotterdam Rijnmond deed Bureau HHM onderzoek naar de tarieven van producten van Veilig Thuis Rotterdam Rijnmond (VTRR). Met de uitkomsten van het onderzoek is de basis gelegd voor het verstevigen van de samenwerking tussen de gemeenten en VTRR.

Sinds 2018 is VTRR een zelfstandige stichting die in opdracht van de gemeenten in de regio Rotterdam Rijnmond werkt. VTRR werkt volgens het nieuwe landelijke Handelingsprotocol en de aangescherpte Meldcode. De afgelopen periode had VTRR onder meer te maken met personeelstekorten, werkachterstanden en financiële krapte.

De gemeenten en VTRR besloten daarom een onderzoek te laten uitvoeren naar de tarieven van producten van VTRR. Daarbij is de wens uitgesproken met elkaar op constructieve wijze te komen tot een set producten en tarieven, passend bij de regionale situatie en de beoogde ontwikkelingen.

Bureau HHM bracht de dienstverlening van VTRR in kaart. Op basis daarvan stelden wij een advies op voor de tarieven. Dit is advies werd gedragen door VTRR en is overgenomen door de samenwerkende gemeenten. Op basis van adviestarieven van bureau HHM is vervolgens de begroting opgesteld van VTRR.

Positionering casemanagement tijdelijk huisverbod

Aanvullend deden wij onderzoek naar de positionering van het casemanagement tijdelijk huisverbod. Daaruit blijkt dat het logisch is om het casemanagement tijdelijk huisverbod blijvend te laten uitvoeren door VTRR.

Op basis van de uitkomsten van het onderzoek kunnen de gemeenten en VTRR werken aan een toekomstbestendige samenwerking. De dienstverlening kan worden doorontwikkeld zonder dat er twijfel of onrust bestaat over belangrijke randvoorwaarden zoals de tarieven.

Doelgroepindeling Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang voor gemeenten

Om er als gemeente voor te kunnen zorgen dat de juiste ondersteuning en voorzieningen beschikbaar zijn voor cliënten binnen het Beschermd Wonen (BW) en de Maatschappelijke Opvang (MO) ontwikkelde bureau HHM een doelgroepindeling. Cliënten zijn veel meer dan hun diagnose. Die diagnose zegt dan ook lang niet alles over de zorgvraag. Onze doelgroepindeling BW & MO gaat daarom uit van de zorg- en ondersteuningsbehoefte. De indeling is inmiddels in twee centrumgemeenten getoetst en blijkt een goed hulpmiddel voor de ontwikkeling van passende zorg- en ondersteuning.
 
Samen met gemeente Nijmegen is de doelgroepindeling gebruikt bij het in kaart brengen van aantallen cliënten binnen de verschillende doelgroepen. Dit kon de gemeente vervolgens gebruiken bij het meer gericht inkopen van BW & MO om beter aan te sluiten bij de behoefte van de cliënten. Bij de andere gemeente hebben wij interviews gehouden met cliënten uit de verschillende doelgroepen om aan de wethouders het verhaal van een verscheidenheid van cliënten te vertellen. Dit bood de gemeente zicht op wie de cliënten in BW & MO zijn en wat hun persoonlijke verhaal is. In beide gemeenten hebben we ervaren dat deze indeling werkt. Deze indeling vangt de verscheidenheid aan ondersteuningsbehoeften, zonder al te gedetailleerd en daardoor onbruikbaar te zijn.
 
Omdat wij hebben ervaren dat deze indeling werkt, delen we deze graag. Deze doelgroepindeling voor BW en MO gaat uit van de ondersteuningsbehoefte van mensen. Deze indeling kan voor verschillende doeleinden gebruikt worden. Zo kan het een handig hulpmiddel zijn om een overzicht te krijgen van welke cliënten er in BW en MO verblijven, om hier vervolgens passend aanbod voor te ontwikkelen. Laat bijvoorbeeld de toegang alle nieuwe cliënten indelen in één van de doelgroepen, om zo een beeld te krijgen van de aantallen cliënten in verschillende groepen.
 
Hoe kijkt u naar deze indeling? Wilt u reageren of heeft u aanscherpingen? Mogelijk kent u nog andere indelingen waar wij of andere gemeenten nog iets aan kunnen hebben. Neem dan contact op met Eline Lubbes .
  
Meer lezen?
Platform 31 heeft ons gevraagd om te ondersteunen bij het opstellen van drie publicaties voor het programma Weer thuis – Wonen:
1. Publicatie Woonbehoeften
2. Publicatie Woonvormen
3. Factsheet Wonen en de wijk
 
De publicaties moeten gemeenten, corporaties en zorgorganisaties handvatten bieden om te komen tot een passend palet aan woonvormen en wijkarrangementen voor mensen met een psychiatrische aandoening.
 
Bent u hierin geďnteresseerd? Laat het ons weten. Wij stellen graag u op de hoogte zodra de eerste publicatie online staat.


Helpt u mee de zorg voor mensen met EPA in de wijk te verbeteren?

Het ministerie van VWS, de VNG en ZN hebben een onderzoek uitgezet om de zorg en ondersteuning aan mensen met een ernstig psychiatrische aandoening (EPA) in de wijk te verbeteren. Bureau HHM voert dit onderzoek uit aan de hand van een inventarisatie van methodieken (F-ACT en vergelijkbare vormen), knelpunten en oplossingen. Doel van dit onderzoek is, dat gemeenten, zorgverzekeraars en zorgaanbieders met de uitkomsten samen tot acties komen om de inzet van geďntegreerde ambulante behandeling en begeleiding van mensen met EPA waar nodig te versterken.
 
U kunt op twee manieren deelnemen aan dit onderzoek. Allereerst door het invullen van deze vragenlijst
 
Daarnaast kunt u zich via dit aanmeldformulier opgeven voor één van de volgende bijeenkomsten:

  • Regio Noord, maandag 13 januari van 14:00 tot 16:30 uur in het stadhuis van Assen; Noordersingel 33
  • Regio Midden, dinsdag 14 januari van 9:30 tot 12:00 uur in het gemeentehuis van Utrecht;  Stadsplateau 1
  • Regio Zuid, donderdag 16 januari van 9:30 tot 12:00 uur in het wijkcentrum Titus Brandsma in Nijmegen; Tweede Oude Heselaan 386

 
Tijdens deze bijeenkomsten bespreken we met zorgaanbieders, gemeenten, zorgverzekeraars en cliëntvertegenwoordigers de resultaten van de vragenlijst en interviews. Daarbij zijn we erg benieuwd naar uw ervaringen, uw visie en de praktische uitvoering om geïntegreerde zorg en ondersteuning aan mensen met EPA te leveren. 
 
Om de aanmeldingen en vragenlijsten goed te kunnen verwerken vragen we om u uiterlijk 6 januari 2020 aan te melden en/of de vragenlijst in te vullen.
 
Heeft u vragen? Dan kunt u contact opnemen met bureau HHM via onderzoek@hhm.nl of telefoon 053 433 0548 (vraag naar Nelleke Dijk of Eline Lubbes).
 

Download – Poster Samenwerkingsverbanden

Een goede samenwerking begint vanuit een stevige basis. De inhoud is belangrijk, maar zonder een passende vorm en strategie kom je samen niet verder. Deze poster helpt samenwerkingsverbanden op weg. Kijk bijvoorbeeld welke vorm van besturen het beste past of test jezelf: hoe goed werken jullie samen? De uitkomsten kunnen een verrassend goed gesprek opleveren.

Arbeidsmarktproblematiek in de zorg: tijd om de medewerker centraal te zetten

Bij een baan in de zorg krijg je tegenwoordig een nieuwe fiets, een leaseauto of zelfs een huurcontract. Zorgorganisaties doen er alles aan om personeel aan te trekken. Maar de concurrentie is groot. Voor tien nieuwe collega’s, vertrekken er ook weer tien. Wij geloven in een andere aanpak.

Begin 2018 hield bureau HHM een peiling onder zorgaanbieders in de ouderenzorg, GGZ en gehandicaptenzorg. Een jaar later onderzochten we in samenwerking met TNO in tien sectoren binnen zorg en welzijn de oorzaken, gevolgen en oplossingsrichtingen rondom arbeidsmarktproblematiek. De resultaten van dit onderzoek zijn vandaag gepubliceerd op de website van het onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn. 

Hoe behoud je deze medewerkers voor je organisatie? Wij geloven in drie parallelle succesroutes. Evelien Rijken schreef samen met Judith Kippers het artikel Arbeidsproblematiek in de zorg: tijd om de medewerker centraal te zetten.

 

 

Weg van de Waan – 40 jaar bureau HHM

Dit jaar bestaat bureau HHM 40 jaar. Onze missie is al 40 jaar betere zorg en ondersteuning voor kwetsbare mensen. Ook in het kader van ons jubileum dragen we hieraan graag bij. We doen dit met onze HHM Weg van de Waan-dagen. Deze dagen staat in het teken van ontmoeten, verbinden en kennisdelen. Samen met opdrachtgevers willen we een maatschappelijk probleem in de zorg oplossen of op zijn minst richting geven aan de oplossing. Aan iets wat ons allen raakt. 

We houden drie Weg van de Waan-dagen, met elke dag een ander thema.
 
14 november – Sneller de juiste hulp bij complexe jeugdhulpcasussen
Elke gemeente wordt geconfronteerd met een beperkt aantal casussen die inhoudelijk complex zijn, waarbij steeds zwaardere en intensievere jeugdhulp wordt ingezet, die naar verhouding veel geld kosten en waarbij – veelal als sluitstuk – ook jeugdbescherming wordt ingeschakeld. We hebben het deze dag over de vraag hoe deze spiraal kan worden doorbroken en wat dit betekent voor de werkwijze van alle betrokkenen.
 
28 november – De medewerker centraal
Alle zorgorganisaties spreken over ‘de cliënt centraal’. Het is interessant om het motto ‘de cliënt centraal’ te spiegelen richting medewerkers: Kennen we ze echt? Weten we hun behoefte? En hoe voorzien we daarin? Doen we dat aanbodgericht of vraaggericht? En is er ruimte voor individueel maatwerk? Want net zoals ‘dé cliënt’, bestaat ook ‘dé medewerker’ niet. “Ieder mens wil gezien en gehoord worden. Tevredenheid bij medewerkers komt ten goede aan de cliënt en andersom”, aldus Judith Kippers van bureau HHM. Zou het zo zijn dat als we de medewerker centraal zetten de cliënt als vanzelf volgt? En de medewerker dan ook binnen deze organisatie wil blijven werken? Zo ja, hoe doen we dit dan?
 
12 december – Maatschappelijke ondersteuning van mensen met psychiatrische problemen
Komende jaren wordt een flinke verschuiving doorgevoerd in de ondersteuning van mensen met langdurige en ernstige psychiatrische problematiek. Alle gemeenten krijgen te maken met de breed gedragen keuze om aan een inclusieve samenleving te werken. Dit vraagt om integrale ambulante ondersteuning, waarbij nieuwe combinaties nodig zijn van wonen, ondersteuning, schuldhulp, behandeling, welzijn, etc. Hoe kunnen partijen deze verantwoordelijkheid oppakken? Welke aangrijpingspunten voor veranderingen zijn effectief? Hoe doorbreken we de traditionele schotten tussen de domeinen? Deze dag verkennen we de mogelijkheden en zoeken we de kansen voor daadwerkelijke transformatie in het sociaal domein.
 
Meedenken?
Wil je graag meedenken tijdens een van deze drie dagen? Informeer dan vrijblijvend of er nog plek is via info@wegvandewaan.nl. Wij zijn jarig en trakteren: daarom zijn er geen kosten aan de dag(en) verbonden.

Evaluatie programma Eén tegen Eenzaamheid

Het ministerie van VWS geeft met een groot aantal maatschappelijke partners invulling aan het programma Eén tegen Eenzaamheid. Met het actieprogramma Eén tegen eenzaamheid wil de overheid de trend van eenzaamheid onder ouderen in Nederland doorbreken. Het ministerie van VWS wil het programma tijdens de looptijd ervan (drie jaar) permanent laten evalueren, om er tussentijds van te kunnen leren. Bureau HHM voert deze evaluatie uit.

Het programma voorziet in:

  • Een landelijke coalitie: hierin zitten organisaties, instellingen en bedrijven met een gezamenlijke ambitie, afkomstig uit diverse sectoren, die vanuit hun corebusiness willen bijdragen aan de trendbreuk van eenzaamheid.
  • Lokale coalities: hierin zitten partijen (publiek en privaat) die met bestuurlijk commitment van de gemeente, samen invulling geven aan concrete plannen om met de bewoners eenzaamheid te doorbreken.
  • Een groep adviseurs, gecoördineerd en toegerust vanuit VWS, dat gemeenten en lokale coalities ondersteunt en kennis verspreidt.
  • Een wetenschappelijke adviescommissie: deze commissie voedt de landelijke en lokale coalities van het actieprogramma met kennis en inzicht over eenzaamheid en adviseert over het monitoren van de effectiviteit van het programma.

We spreken met vertegenwoordigers uit deze vier lagen van het programma, om zicht te krijgen op de ervaringen van betrokkenen met de aanpak.

Meer informatie: bel of mail met Albertus Laan of Louise Pansier.

Neem als gemeente regie: zicht op de ontwikkeling van Wmo-meldingen

In veel gemeenten zien we een groeiend aantal inwoners een beroep doen op een of meerdere Wmo-voorzieningen. Vaak gaan we er vanuit dat die groei te wijten is aan sociaal demografische ontwikkelingen zoals vergrijzing. Uit het onderzoek – dat wij dit voorjaar deden voor de gemeenten Haarlem en Zandvoort – blijkt echter dat de groeiende vraag maar voor een deel te verklaren is door sociaal demografische ontwikkelingen. Sleutelfactoren zijn de toegang, contractering en inrichting van voorzieningen. Inzicht in de (toekomstige) Wmo-vraag biedt gemeenten kans om ervoor te zorgen dat er voldoende passende voorzieningen en (financiële) middelen zijn om inwoners goed te helpen.

Als je als gemeente zicht hebt op de vraagontwikkeling kun je tijdig zorgen voor een passend voorzieningenniveau. Lennart Homan: “Nu zien we het nog te vaak gebeuren dat mensen te lang moeten wachten en er geen passende hulp is waardoor de kans dat de zorg complexer wordt toeneemt. Ook zie je dat de kans op escalatie groter wordt en dat de omgeving overlast ervaart.”
 
Bureau HHM helpt gemeenten inzicht te krijgen in:

  • Cliëntkenmerken
  • Vindbaarheid Wmo
  • Aard/omvang van de vraag
  • Beleidsmatige ontwikkelingen (zowel landelijk, regionaal als lokaal)
  • Aard/omvang ondersteuningsaanbod
  • Eigen regie/sociaal netwerk

Met dit inzicht kan een gemeente de regie nemen zodat kwetsbare inwoners tijdig de juiste zorg krijgen. “In Haarlem en Zandvoort zagen we een grote toename in Wmo-aanvragen na de start van wijkteams die outreachend werken. De vindbaarheid en bekendheid van voorzieningen werd groter. Nu willen wij niet zeggen dat je je aanbod zo min mogelijk voor het voetlicht moet brengen. Juist niet. Maar als je meer outreachend gaat werken is het gevolg vaak dat je mensen al in een vroeg stadium probeert te helpen. Je moet er dan wel voor zorgen dat je aanbod hierop is afgestemd. Als je vooral maatwerk hebt ingekocht dan past dit niet bij elkaar. Zorg dan eerst dat er genoeg algemene voorzieningen zijn die mensen goed kunnen helpen in de preventieve sfeer.”


 
Inforgraphic Gemeente Haarlem

Nu op Sociaalweb – Beschermd wonen en beschermd thuis: 3 vragen aan Nico Dam

Vanaf 2021 verdwijnt de functie ‘centrumgemeente voor Beschermd Wonen’. Dan zijn alle gemeenten zelfstandig verantwoordelijk voor de ondersteuning (zo nodig met 24-uurs verblijf) van mensen met psychiatrische problemen en/of licht verstandelijke beperkingen. Wat betekent dit voor de toegankelijkheid van beschermd wonen, wat wordt de grootste uitdaging voor lokale gemeenten en hoe kunnen zij het beste samenwerken met andere partijen? Nico Dam, Senior adviseur bij bureau HHM, geeft in een artikel op Sociaalweb antwoord op drie belangrijke vragen.

Op donderdag 31 oktober geeft Nico Dam samen met collega Sylvia Schutte de workshop Beschermd wonen en beschermd thuis – voor gemeenten. Tijdens de cursus laten zij zien dat een ‘Pact-aanpak’ kan helpen deze opgaven succesvol te organiseren!

Training: Grip op het (lastige) gesprek

Mondige, veeleisende familieleden van cliënten, hoe voer je daarmee een gesprek? Hoe ga je om met weerstand? En hoe breng je conflicterende belangen bij elkaar? Op deze vragen is onze training ‘Grip op het gesprek’ het antwoord.

In de zorg vinden we het belangrijk dat de cliënt centraal staat. We leren professionals om de wensen, behoeften en voorkeuren van cliënten serieus te nemen. Een goede zaak, vooral voor de kwaliteit van leven van cliënten! Maar zoals altijd is er ook een keerzijde: het belang van de organisatie, mede ingegeven door de financiële kaders. Deze twee kanten van de medaille komen vaak bij elkaar in het werk van cliëntconsulenten, klantadviseurs en/of zorgbemiddelaars. Zij moeten in gesprekken met cliënten en hun familie toewerken naar een ‘zakelijk resultaat’. Bijvoorbeeld een akkoord op een zorgovereenkomst of over oplevering van het appartement. Dit levert, mede door de emoties van familieleden, regelmatig lastige situaties op. Soms voelen klantadviseurs zich geďntimideerd.

De training kent de volgende onderdelen:

  • Bewustwording eigen handelen: Als je sterker naar buiten wilt treden, is het goed om eerst naar binnen te kijken. Hoe doe ik het eigenlijk, wat is mijn stijl (sturend, volgend, gidsend), wat vind ik lastig en waarom?
  • Bewustzijn over hoe je je boodschap kunt brengen: De basis voor een goed gesprek ligt in het aanvoelen van en aansluiten bij de ander. Door elementen uit verschillende methodieken (onder andere motiverende gespreksvoering) leren klantadviseurs flexibeler opereren en kunnen ze weerstand ombuigen.
  • Praktijksimulatie: Tijd om intensief te oefenen met situaties uit de praktijk! Bijvoorbeeld via rollenspellen met eigen casuïstiek. Samen oefenen heeft meerwaarde zodat klantadviseurs elkaar ook in de dagelijkse praktijk als hulpbron en als spiegel gaan gebruiken.
  • Intervisie: Na de training bieden we een intervisiemoment aan om de ervaringen te delen en nogmaals te oefenen met praktijksituaties.

Zo bereiken klantadviseurs sneller het gewenste resultaat voor de organisatie, terwijl ze tegelijk recht doen aan zichzelf én aan de klant.

Meer informatie?
Neem contact op met een van onze trainers: Louise Pansier of Chantal IJland voor meer informatie over de training, t. 053 433 05 48.

Bureau HHM verwelkomt vier nieuwe adviseurs

Bureau HHM breidt uit. Met ingang van 1 september zijn vier nieuwe adviseurs aangetrokken: Annika van de Belt, Ellen Geuzebroek, Annelies Hartmans en Frank Terpstra. Binnenkort staan hun profielen op de website bij Ons team.

Op 1 september heeft Sanja Bouman haar functie neergelegd als directeur van bureau HHM. Haar taken zijn overgenomen door Annelies Hartmans. Bureau HHM bedankt Sanja voor haar inzet de afgelopen jaren en wenst haar veel succes in haar nieuwe baan als manager kenniscentrum bij Trajectum.

Het helpt als je weet hoe het zit

Consulenten, wijkteammedewerkers, intakefunctionarissen, klantadviseurs, onafhankelijk cliëntondersteuners. Zij hebben te maken met mensen die een hulpvraag uiten. En die hulpvraag moet worden beoordeeld: kun je hiervoor een beroep doen op de gemeente of moet je aankloppen bij de zorgverzekeraar of het CIZ? Ook in het beleid moet de juiste afbakening worden gemaakt. En tegelijk moet je op de raakvlakken verbinding zoeken.

Met vier zorgwetten: Wmo, Jeugdwet, Zvw en Wlz is dat ingewikkeld. Omdat op veel regels uitzonderingen bestaan. Daarom is het belangrijk om te snappen hoe de zorgwetten zich tot elkaar verhouden.

Als je weet hoe het zit dan:

  • Krijg je cliënten sneller op de juiste plek
  • Ben je niet meer gefrustreerd over afwijzingen van het CIZ
  • Heb je meer begrip van de keten en wie je daarin nodig hebt

Bureau HHM geeft trainingen op maat over de zorgwetten. Afhankelijk van het gewenste kennisniveau van de deelnemers bieden we een overzicht op hoofdlijnen of gaan we de diepte in. Het over een wet gaan of alle vier de wetten. In de training brengen we veel theorie en zorgen daarbij voor een koppeling met de praktijk van de deelnemers. net interactieve oefeningen en gebruik van eigen casuďstiek. Dat is de kracht van onze trainingen: de vier wettelijke kaders in samenhang bekeken, met de praktijk voor ogen.

Dit is een artikel uit het onlangs verschenen HHM Magazine.

Animatiefilm: Aanpak Voorkoming Escalatie (AVE)

Tijdens de Dag van Zorg en Veiligheid op 17 juni in ‘s-Hertogenbosch verzorgde bureau HHM samen met de gemeente Leeuwarden en Nijmegen een workshop over AVE. Daar vond ook de primeur plaats van de AVE-animatiefilm.

In de film wordt helder uitgelegd wat AVE is en hoe de aanpak te gebruiken is voor de inrichting van de lokale structuur en daarbij de verbinding tussen de zorg- en veiligheidsketen. Wie heeft de casusregie en wie heeft de procesregie en hoe is de opschaling geregeld?

AVE maakt een uniforme aanpak van sociale incidenten bij complexe problematiek mogelijk. Het is een duidelijke structuur waarin betrokken organisaties en gemeenten helderheid krijgen over wie doet wat en wie heeft de regie. Al in meer dan veertig gemeente toegepast. Wij helpen gemeenten en zorgorganisaties om invulling te geven aan AVE. Wij zorgen dat het werkt, trainen de werkwijze en oefenen met betrokkenen.

Mieke Looman: “AVE is een middel om de zorg- en veiligheidsketen goed op elkaar af te stemmen.
Samenwerken en afstemmen zijn sleutelbegrippen bij het voeren van regie bij complexe casuďstiek. Hierbij hoort het elkaar informeren en delen van informatie. Maar hoe doe je dat? En hoe ga je om met de privacy? Een lastig vraagstuk dat vraagt om concrete handvatten in de uitvoering.”

Onderzoek besluitvorming aannemen en opleiden PA’s en VS’en

Hoeveel physician assistants (PA’s) en verpleegkundig specialisten (VS’en) zijn in de toekomst nodig? Dat wil het Capaciteitsorgaan graag weten om eind dit jaar het ministerie van VWS en veldpartijen te kunnen adviseren over de benodigde opleidingscapaciteit voor deze beroepsgroepen. Daarom roept het Capaciteitsorgaan op tot het invullen van een digitale enquęte waarmee het antwoord probeert te krijgen op deze vraag.

Uit de praktijk blijkt dat in de verschillende zorgsettings (MSZ, huisartsenzorg, wijkzorg, ELV, verpleeghuiszorg, revalidatie­centra en gehandicaptenzorg) grote verschillen zijn in de omvang en inzet van PA’s en VS’en. Ook de instroom in de opleidingen verschilt per beroepsgroep. Met de uitkomsten van de enquęte wil het Capaciteitsorgaan weten waardoor deze verschillen zijn ontstaan en wat de toekomstverwachtingen zijn. Zijn de verschillen vooral te verklaren aan de hand van veranderingen in beleid en bekostiging of ligt het aan het aantal betrokkenen bij het besluitvormingsproces over het aannemen en opleiden van PA’s en VS’en? Om een goed advies uit te kunnen brengen zijn dat o.a. vragen waar het Capaciteitsorgaan graag antwoord op. Alleen dan kan een goed onderbouwd advies worden gegeven zodat nu en in de toekomst voldoende opleidingsplaatsen zijn.

Bent u werkzaam in een van de genoemde zorgsettings dan kunt u een belangrijke bijdrage leveren aan het toekomstbestendig maken van twee beroepsgroepen door de enquęte in te vullen. De verwachting is dat het invullen maximaal 15 minuten kost.

Vul hier de enquęte in.

 

Skipr-blog: De ggz-regio bestaat niet

Wachttijden in de GGZ verkorten? De oplossing is vaak erg down to earth: analyseer in je regio op welke complexe patiëntgroep je de grootste uitdaging ervaart en zet vervolgens een praktische, op specifieke casussen gerichte, samenwerking op. Zo simpel als dit klinkt, zo weerbarstig is de praktijk. Lees er meer over in het blog De ggz-regio bestaat niet van onze collega Sylvia Schutte samen met Emile Petiet van Arteria.


 
 

Hier doen wij het voor

Wij krijgen vaak complexe en uitdagende opdrachten. Daar werken wij met passie en enthousiasme aan. Ons werk moet effect hebben op cliënten. Want het gaat ons om kwalitatief betere zorg voor de cliënt. Dat is onze drijfveer. Daar doen wij het voor.

Hoe werkt dat bij bureau HHM? Ik zal u een paar voorbeelden geven van onderzoeken op landelijk niveau. Daarmee leveren we een inhoudelijke bijdrage aan de wet- en regelgeving.

Zo heeft bureau HHM op basis van een uitgebreid onderzoek naar de kenmerken van cliënten en hun zorgbehoefte in alle sectoren voor de AWBZ zorgzwaartepakketten (ZZP’s) ontwikkeld. Dit vormt nog steeds de basis van het huidige bekostigingssysteem met zorgprofielen voor de Wet langdurige zorg (Wlz).
Met deze systematiek is het mogelijk om de financiële middelen op basis van zorgzwaarte te verdelen binnen zorgorganisaties en daarvoor zorg te leveren die past bij de behoefte van de cliënt. Ik herinner me nog goed dat een ambtenaar van het ministerie van VWS bij de eerste landelijke registratie van ZZP’s in 2017 zei: “Wat fijn dat we nu veel duidelijker hebben over welke mensen we het hebben.”

Omdat ondertussen de visie op cliënten en de zorgbehoefte is veranderd hebben we voor de gehandicaptenzorg enkele zorgprofielen inhoudelijk en financieel geactualiseerd. Hiermee hebben we voor mensen met een ernstige meervoudige beperking helder gemaakt wat het extra kost om te zorgen dat zij zich individueel nog verder kunnen ontwikkelen.

Ook voor de geestelijke gezondheidszorg hebben we zorgprofielen ontwikkeld. Die worden vanaf 2021 voor de Wlz gehanteerd. Om er zeker van te zijn dat deze zorgprofielen in de praktijk werken hebben we de conceptversie landelijk getoetst onder een grote groep zorgorganisaties. Dit leverde het resultaat op dat het profiel passend is bij 97% van de 1.245 cliënten uit het onderzoek. Een bevestiging dat de zorgprofielen een goede weergave zijn van de verschillen in zorgzwaarte tussen cliënten.
Mensen met een combinatie van een psychische stoornis en verstandelijke beperking vallen niet langer tussen wal en schip. Zij krijgen zorg en behandeling op maat.

Jongeren met een licht verstandelijke beperking en een tijdelijke verblijfsbehoefte werden door de hervorming van de langdurige zorg vanaf 2015 van het kastje naar de muur gestuurd. Met als gevolg dat ze niet de juiste zorg kregen. Wij hebben de kenmerken en zorgvragen van deze groep jongeren landelijk in beeld gebracht. Op basis van dit onderzoek is sinds 2017 structureel €60 miljoen toegevoegd aan de Wmo. Gemeenten kunnen met dat geld tijdelijk verblijfszorg organiseren voor ouders met een verstandelijke beperking of voor jongvolwassenen met een verstandelijke beperking en moeilijk verstaanbaar gedrag.

In onze adviestrajecten bieden we gemeenten en zorgorganisaties inzicht in de zorgvraag van hun burgers. Gemeenten kunnen vervolgens beleid maken en zorg inkopen, passend bij de vraag van hun burgers. Voor zorgorganisaties biedt dit inzicht in het vastgoed en personeel dat nodig is voor het opzetten van een buurtvoorziening waar ouderen tijdelijk kunnen verblijven om hun mantelzorgers te ontlasten.

Subsidievouchers Juiste Zorg op de Juiste Plek nu beschikbaar

Samen de zorg echt veranderen. Zorg voorkomen, verplaatsen en vervangen. Dat is de essentie van het ZonMw-programma ‘Juiste Zorg Op de Juiste Plek’ (JZOJP). JZOJP is een onderdeel van het VWS-programma De Juiste Zorg op de Juiste Plek. Vanuit dit programma zijn nu subsidievouchers beschikbaar die u onder andere kunt gebruiken voor de inzet van onze Zorgmarktverkenner.
 
Wij helpen u met de subsidieaanvraag en met het vaststellen van het regiobeeld. Hiermee wordt de opgave waar uw regio voor staat inzichtelijk. Op basis van een data-gedreven analyse naar de ontwikkeling van kwetsbare inwoners in de regio brengen we onder andere in kaart hoeveel personeel er in de toekomst nodig is om de zorg te blijven bieden zoals deze nu geboden wordt. Met deze kennis kunt u vervolgens samen de stap zetten naar toekomstbestendige zorg.
 
De Zorgmarktverkenner bevat een analyse naar:

Cliënten
Prognose van het aantal zorgbehoevende mensen. Wij brengen de mensen in kaart waar uw samenwerking op gefocust is. Denk bijvoorbeeld aan kwetsbare ouderen, mensen met een handicap of mensen met psychiatrische problematiek.

Woonbehoefte
Inzicht in de woonbehoefte van de zorgbehoevende mensen; met specifieke aandacht voor ontwikkelingen van intramurale naar extramurale zorg.

Personeel
Prognose van het aantal benodigde en potentiële werknemers. Hoe groot is de kloof tussen deze twee en hoe kunt u hierop inspelen?

Zorglandschap
Quickscan van de partijen die in uw regio aanwezig zijn en aanbevelingen met betrekking tot samenwerking.

Bekostigingsvraagstukken naar een hoger niveau

Ook over tien jaar moet er nog voldoende zorg en ondersteuning beschikbaar zijn voor kwetsbare mensen. Demografische ontwikkeling noodzaken tot herbezinning: het aantal ouderen groeit en het aandeel kwetsbare ouderen daarbinnen ook. De ontwikkelingen in de GGZ verschuiven de ondersteuningsvraag naar het gemeentelijke sociaal domein, terwijl de budgetten niet meegroeien.
 
De grootste uitdaging die hier nu ligt voor gemeenten is om consistente keuzes te maken in het sociaal domein. Contractering (inkoop, aanbesteding) is vaak een eigenstandig proces, waarbij de procedures strak uitgelijnd zijn en heldere deadlines kennen. De keuze voor een wijze van bekostiging daarbinnen komt dan als vanzelf naar boven. De techniek van de contractering lijkt min of meer automatisch tot bekostiging te leiden.
 
Dat is jammer, want wij zien regelmatig dat de bestuurlijke visie dan uit het oog verloren wordt. De middelen die je kiest moeten namelijk passen bij de visie. Kies je voor een relatie met aanbieders op basis van vertrouwen, dan hoort daar een vorm van bekostiging bij die dat vertrouwen versterkt, niet een die van wantrouwen uitgaat.
 

Zo kregen we opdracht van een regio die had besloten met ‘Open House’ te gaan werken, op basis van lege raamovereenkomsten. Toen de uitgaven fors bleken te stijgen, was de reflex dat de tarieven te hoog waren vastgesteld. Ons onderzoek toonde aan dat die tarieven wel degelijk zorgvuldig  en dus reëel waren opgebouwd. Maar: de regio had weinig aandacht besteed aan de ontwikkeling van de ‘toegang’. Daarmee was de sturing op de beoogde ontwikkeling bij het ‘Open House’ model niet goed ontwikkeld.

 
De grote uitdaging voor gemeenten is het maken van keuzes: hoe wil je het lokale stelsel van zorg en ondersteuning veranderen. Wat zijn de aangrijpingspunten en welke rol geef ik de maatschappelijke partners? Als de contractering en de wijze van bekostigen geen verband houden met de bovenliggende visie op de verandering in het sociaal domein, verandert er in de praktijk weinig.

Veel gemeenten willen de innovatie stimuleren door de aanbieders niet meer op concrete producten, maar op resultaten bij inwoners te bekostigen. Daarmee wordt ruimte gecreëerd zodat aanbieders nieuwe oplossingen kunnen bedenken en in de praktijk invoeren. Maar als je weinig tijd beschikbaar stelt aan het contractmanagement en niet oprecht geďnteresseerd bent in de manier waarop aanbieders die ruimte invullen, loop je de kans dat achteraf het resultaatsbudget gewoon naar de klassieke producten is vertaald.

Wij proberen in onze opdrachten zoveel mogelijk bekostigingsvraagstukken naar een hoger niveau te tillen. Wat wordt er nu echt gevraagd en waarom? Past de vraag bij de toekomstvisie van de gemeente? Welke ambities zijn leidend voor de veranderingen in de praktijk? Hoe kunnen contractering en bekostiging daaraan bijdragen? Het is mooi om te merken dat onze opdrachtgevers zich ontvankelijk tonen voor deze complexe vraagstukken. Bewustzijn is immers het begin van elke verandering.
 
In een regio hielpen we mee om tot nieuwe, geďntegreerde (Wmo & Jeugdhulp) overeenkomsten te komen met de regionale aanbieders. Daarbij ontstond ruimte om bij de dure, gespecialiseerde  vormen van jeugdhulp na te denken over de verbinding van de inhoudelijke transformatie-ambities van de gemeenten met de bedrijfsvoeringsrisico’s van de  aanbieders. Dit heeft geleid tot nieuwe, intensieve vormen van overleg tussen vergelijkbare aanbieders en gemeenten. Met als belangrijkste doel dat inhoudelijke veranderingen worden gerealiseerd en dat aanbieders de  tijd krijgen om hun interne organisatie daarop aan te passen.  

Ook vanuit het perspectief van contractering en bekostiging zijn er veel mogelijkheden om de noodzakelijke veranderingen in het sociaal domein te realiseren. Die veranderingen zijn noodzakelijk om de komende jaren de ondersteuning van kwetsbare mensen betaalbaar en daarmee beschikbaar te houden.
Wij puzzelen graag met u mee.

Dit is een artikel uit het onlangs verschenen HHM Magazine.

Minicongres Grip op het Sociaal Domein

Als relatie van bureau HHM bent u van harte welkom op het minicongres Grip op het sociaal domein. Dit minicongres wordt georganiseerd door SDO Support, Bureau HHM en Pool Management & Organisatie.

Agenda

  • Opening door de dagvoorzitter (Maurice Velthuis)
  • De maatschappelijke opgaven in het sociaal domein (Nico Dam of Albertus Laan, partner bureau HHM)
  • De juiste stuurinformatie op tijd beschikbaar (Patrick Boon, projectleider SDO Support)
  • Succesvol management van ambtelijke en politieke processen (Hermien Dannenberg, interimmanager Pool Management & Organisatie)
  • Discussie
  • Afsluiting met hapje en drankje

Informatie & inspiratie
SDO Support, Bureau HHM en Pool Management & Organisatie bieden u een middag vol informatie en inspiratie waarin wij vanuit onze heldere visie ervaringen met u delen en waarbij u ook zelf actief aan de slag gaat. Het doel is om u te prikkelen een beetje anders naar uw rol te kijken en kennis over te dragen die u direct kunt toepassen in de praktijk.

Deelname
Op donderdag 27 juni 2019 bent u vanaf 12.15 uur welkom in Hotel Belmont te Ede. Het congres start om 13.00 uur en we sluiten om 17.00 uur af met een drankje. Voor uw deelname vragen we een bijdrage in de kosten van € 50,- exclusief btw.

Nieuwsgierig geworden? Meld u zich dan hier aan

Sleeping with the enemy

De afgelopen decennia vond een sterke specialisatie plaats in de zorg. Samenwerking tussen zorgaanbieders wordt daardoor steeds belangrijker.

Met de decentralisatie van zorgtaken naar gemeenten, wordt de noodzaak tot samenwerking in het sociaal domein ook urgenter. Gemeenten moeten samenwerken met zorgaanbieders. Zorgaanbieders moeten onderling samenwerken. En hoewel niemand tegen samenwerking is, blijkt de praktijk weerbarstig.
Bij samenwerking spelen, net als in elke relatie, misverstanden, veranderende verwachtingen en tegenstrijdige belangen een rol. Organisaties hebben verschillende mogelijkheden om hier mee om te gaan. Contracten en werkafspraken zijn veelgebruikte instrumenten. Hiermee worden posities expliciet gemaakt, waardoor misverstanden kunnen worden voorkomen. Maar de praktijk laat zich niet vangen in contracten en werkafspraken.

Een gemeente wil dat verschillende organisaties voor jeugd- en jongerenwerk gaan samenwerken en legt dit vast in een uitvoeringovereenkomst. Hoewel alle partijen de overeenkomst ondertekenen, verloopt de samenwerking moeizaam. De visie van de gemeente wordt omarmd, maar verschillen in werkstijlen leiden tot diverse incidenten.

Ook vertrouwen is een essentieel instrument bij samenwerking. Het creëert openheid, stimuleert gezamenlijke activiteiten, vermindert controledrang en helpt bij oplossen van conflicten. Vertrouwen, vooral doen, zo lijkt het. Maar is de ander te vertrouwen? Is samenwerken soms niet een kwestie van ‘sleeping with the enemy’? Ofwel: hoe kunnen organisaties bouwen aan vertrouwen?

De levenscyclus van een samenwerking heeft drie stadia. Het eerste stadium is de mate van bekendheid met elkaar. Soms zijn organisaties bij de start vreemden voor elkaar, terwijl andere organisaties elkaar al goed kennen. Vertrouwen wordt dan als het ware geďmporteerd vanuit een eerdere ervaring. Het hebben van een gemeenschappelijk verleden speelt dus een sleutelrol. Als dit er niet is, vraagt het scheppen van een basis voor vertrouwen een extra investering. Het tweede stadium is het sluiten van contracten en het maken van werkafspraken, waarbij informele afspraken worden geformaliseerd. Het vastleggen hiervan verschaft simpelweg helderheid.

Bij het uitwerken van een regionale crisisroute voor jongeren is een groot aantal partijen betrokken, waaronder zorgaanbieders met GGZ-expertise en met LVB-expertise. Beiden groepen aanbieders moeten onderling werkafspraken maken over hun beschikbaarheid bij crisissituaties. Omdat de zorgaanbieders met GGZ-expertise een historie van samenwerking hebben, komen zij snel tot werkafspraken. De zorgaanbieders met LVB-expertise hebben dit verleden in mindere mate. Zij hebben meerdere sessies nodig om tot werkafspraken te komen.

Openheid markeert het derde stadium van samenwerking. Het creëren van een omgeving waarin alles gezegd kan worden, op het juiste moment, met de juiste nauwkeurigheid, is de lakmoesproef voor samenwerking. Dit vraagt aandacht en zorgvuldigheid, vooral in het begin. De basis voor het initiële vertrouwen moet immers uitgebouwd worden. Als dit niet goed gaat, ontstaat een ‘neerwaarts effect’: de samenwerking verloopt steeds moeizamer, of stagneert zelfs. Als dit wel goed gaat, is juist sprake van een ‘opwaarts effect’: de samenwerking levert steeds meer op en het bereiken van resultaten gaat steeds makkelijker.

Wijkteams moeten samenwerken met tal van organisaties. De afgelopen jaren hebben zij veel ervaring opgedaan met elkaar. Partijen weten elkaar steeds beter weten te vinden, waarbij de samenwerking zelf ook steeds meer onderwerp van gesprek wordt, wat een impuls is voor de kwaliteit ervan.

Samen bouwen aan vertrouwen? Vooral een kwestie van doen!

Albertus promoveerde aan de Universiteit Twente op de vraag hoe opdrachtgevers en opdrachtnemers tot vertrouwensvolle samenwerking kunnen komen.

Deze column staat in het onlangs verschenen HHM Magazine.

Bescherm wonen in de wijk vraagt regionale aanpak

 
“Jij en ik kunnen morgen psychiatrisch patiënt worden en dan wil je ook zo normaal mogelijk meedoen in de maatschappij.” Het antwoord van Nico Dam, op de vraag of de beweging die nu binnen beschermd wonen wordt gemaakt past bij de wens van de cliënt. Een raak antwoord dat direct het tijdsbeeld schetst van meedoen, participeren en zorg dichtbij huis.
 
Nico Dam: “In beschermd wonen kom je eigenlijk alle uitdagingen tegen die je maar kunt bedenken als het gaat om de transformatie in het sociaal domein. De problematiek van mensen is complex en domein overstijgend. Het raakt verschillende beleidsterreinen en er zijn meerdere gemeentelijke afdelingen bij betrokken waaronder: Wmo, wonen en sociale zaken. Daarin zit ook een grote uitdaging, alleen al binnen de gemeenten. Van oorsprong hebben die afdelingen een andere manier van kijken. Zo zijn de mensen van de afdeling wonen vaak gewend om te kijken naar de infrastructuur en gebouwen in plaats van naar de mensen die er wonen. En de mensen van de sociale dienst kijken vaak vanuit de grenzen die wet- en regelgeving stelt en minder vanuit de bijdrage die regelingen kunnen leveren aan de oplossing van problematiek en het vergroten van de zelfstandigheid van mensen. Als het gaat om beschermd wonen dan is verbinding tussen die verschillende afdelingen, kennis van de doelgroep en een gedeelde visie van essentieel belang. En dan ben je er nog niet. Dit moet je samen met je ketenpartners (zorgaanbieders, woningcorporaties, welzijn, geneeskundige zorg) čn de wijk doen. Want het maatschappelijk draagvlak is ook een van de sleutelfactoren voor een succesvolle (waar mogelijk ambulante) inrichting van beschermd wonen.”
 
Dit is een fragment uit het artikel ‘Bescherm wonen in de wijk vraagt regionale aanpak’ uit het onlangs verschenen HHM Magazine.


 
 

Subsidiemogelijkheden: de juiste zorg op de juiste plek

De juiste zorg op de juiste plek. De Zorgmarktverkenner is het vertrekpunt voor een stevige positionering van uw zorgorganisatie afgestemd op de wensen en behoeften van cliënten. Organisaties die hier gebruik van willen maken kunnen hiervoor vanaf 3 juni via ZonMW subsidie aanvragen.
 
De Zorgmarktverkenner voorziet u van de feiten en het inzicht waarmee u focus kunt aanbrengen en helpt u bij het uitzetten van de route naar de stip op de horizon waar u naar toe wilt. Het helpt u bij het maken van een gedeeld regionaal beeld van de sociale situatie, de gezondheidssituatie en de behoeften in uw regio.
 
De zorgmarktverkenner helpt u bij het verkrijgen van zicht op:  

  • Het aantal mensen dat nu en in de toekomst gebruikmaakt van zorg- en ondersteuning en hun behoeften.
  • De kwalificaties en competenties van zorgmedewerkers en de mogelijkheden voor samenwerking met andere organisaties.
  • Demografische, sociaalmaatschappelijke en beleidsmatige ontwikkelen en toont hiervan de consequenties voor het benodigde zorgvastgoed en de woonbehoefte van uw (toekomstige) cliënten.
  • Welke zorgaanbieders er in uw regio actief zijn, welke zorgproducten worden geleverd en wat uw marktaandeel is.

Gebruikmaken van de Zorgmarktverkenner en de ZonMW-subsidiemogelijkheden?
Wij kunnen u daarbij helpen. Onze Zorgmarktverkenners Lennart Homan, Eline Lubbes en Patrick Jansen vertellen u graag meer, T. 053 433 05 48.

Rapport Specifieke cliëntgroepen in de aanpak wachttijden ggz

Wat zijn oorzaken van de lange wachttijden voor mensen met autisme, persoonlijkheidsstoornissen, trauma of LVB met ggz-problemen? En waar zitten handvatten voor oplossingen? In opdracht van de landelijke stuurgroep wachttijden onderzocht bureau HHM waarom juist deze groepen lang moeten wachten.
In het
rapport Specifieke cliëntgroepen in de aanpak wachttijden ggz geeft bureau HHM inzage.
 
Binnen alle cliëntgroepen geldt dat de zwaardere subgroepen de meeste hinder ervaren van wachttijden. Enkele redenen hiervan zijn: bij deze groepen is vaak sprake van comorditeit waardoor heen-en-weer verwijzingen ontstaan, terwijl juist deze groep gebaat is bij een meer integrale aanpak, met behoud van specialistische kennis. Ook wordt deze groep het meest getroffen door de braindrain vanuit de instellingen omdat hiermee specialistische expertise en capaciteit verloren gaan. Bij de lichtere groepen speelt vaker gebrek aan overzicht. In het rapport wordt hier verder op ingegaan.
 
Het rapport bevat oplossingsrichtingen en verbetermogelijkheden om de wachttijden bij specifieke clientgroepen aan te pakken. Één van de oplossingen is betere triage bij de huisarts.

Meer lezen? Zie ook
wegvandewachtlijst.nl

HHM Magazine

Eind dit jaar bestaat bureau HHM 40 jaar. In dit jubileum-magazine laten we onze opdrachtgevers en relaties zien wat we allemaal deden en (gaan) doen. Het magazine staat vol met voorbeelden waarin HHM’ers laten zien hoe zij werken.

HHM Magazine

GEZOCHT: Deelnemers veldarena arbeidsmarktproblematiek

In opdracht van het Onderzoeksprogramma AZW (Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn)* voeren TNO en bureau HHM een verdiepend onderzoek uit in de sectoren zorg en welzijn. Vakbonden en werkgevers (de eigenaren van het AZW programma) kunnen de resultaten van het onderzoek gebruiken in o.a. de cao onderhandelingen en onderlinge dialoog. Daarvoor hebben ze behoefte aan meer actuele informatie uit de praktijk.

Om te zorgen dat de ervaringen uit de praktijk goed naar voren komen zijn we op zoek naar mensen uit de praktijk – zoals verpleegkundigen, pedagogisch medewerkers of verzorgenden, HR-medewerkers en leden van de OR – die tijdens veldarena’s met ons mee willen praten over:

  • toekomstige personeelsbehoefte
  • kwalitatieve mismatch bij de werving van personeel
  • krimp in banen bij een deel van de organisatie
  • toename in werkdruk en agressie
  • technologie als oplossing voor deze problemen

Bij de veldarena’s werken we met diverse interactieve werkvormen, zodat je op verschillende manieren jouw ervaringen kunt delen met anderen. Een unieke kans om te horen hoe het er bij een ander aan toe gaat.

Interessante discussies en positieve geluiden na de eerste twee bijeenkomsten:

  • “Ik heb nieuwe ideeën opgedaan”
  • “Mooie opzet en structuur met verschillende elementen”
  • “Leuk om mensen van andere organisaties te spreken, moeten we vaker doen”
  • “Veel gehoord over andere organisaties”
  • “Het heeft me geboeid tot het einde”

Jouw ervaringen delen en meepraten over de arbeidsmarktproblematiek in jouw branche?

Klik hier voor data, locatie en aanmelden

Alle bijeenkomsten vinden plaats in Utrecht, reiskosten worden vergoed. Na aanmelding ontvang je verdere informatie over de bijeenkomst.

Meld je aan en praat mee over de arbeidsproblematiek in jouw branche!

*Opdrachtgevers voor het onderzoeksprogramma AZW zijn het ministerie van VWS en de arbeidsmarktfondsen in zorg en welzijn waarin o.a. de volgende partijen vertegenwoordigd zijn: FNV, CNV Zorg en Welzijn, NU’91, FBZ, NVvPO, NVDA, ActiZ, Zorgthuisnl, LHV, InEen, Sociaal Werk Nederland, Jeugdzorg Nederland, Branche organisatie Kinderopvang, GGZ Nederland, NFU en VGN.

De Zorgmarktverkenner. Ontdek de route voor uw zorgorganisatie.

Bureau HHM doet al jaren onderzoek voor zorgaanbieders naar verschillende onderwerpen, zoals vastgoed, personeel en de toekomstige zorgvraag. Elke vraag is uniek, maar er zijn thema’s die blijven terugkomen. Er is altijd de onderliggende vraag die bijna alle zorgorganisaties bezighoudt: Hoe organiseer ik voor mijn organisatie en mijn cliënten de juiste zorg op de juiste plek en het juiste moment.

Wij hebben al onze kennis gebundeld in de Zorgmarktverkenner, een unieke aanpak op maat.
De Zorgmarktverkenner voorziet u van de feiten en het inzicht die u nodig heeft om de focus aan te brengen. Focus met betrekking tot de positie die u wilt innemen met uw organisatie en hoe u zich kunt onderscheiden.

De Zorgmarktverkenner legt daarbij de verbanden met wat dit betekent voor uw omgeving en de wijze waarop u wilt samenwerken.

En misschien wel het allerbelangrijkste, de Zorgmarktverkenner helpt u bij het uitzetten van de route naar de stip op de horizon waar u naar toe wilt.

U leest hier alles over op de website van de Zorgmarktverkenner.

Risicoanalyse inkoop Jeugdhulp

In de voorbereiding op de nieuwe aanbesteding wil een gemeente een risicoanalyse laten uitvoeren op de voorstellen die vanuit een regionale inkoopanalyse zijn gedaan.

Daarbij wil de gemeente een scherpere koers uitzetten met een betere balans tussen inhoudelijke transformatie en financiële beheersing.

Vacature (Aankomend) Senior Adviseur Zorgorganisaties

Wij zoeken een gedreven en enthousiaste (aankomend) senior organisatieadviseur, met een groeiend netwerk in de zorg, die ervaring heeft met het realiseren van blijvende verbeteringen in de (langdurige) zorg. Vanuit kennis en visie en ook met kwaliteiten als actieve netwerker en communicator, verbinder, zakelijkheid en commercieel inzicht, is de adviseur die wij zoeken in staat om nieuwe typen opdrachten te genereren en uit te voeren. Met name voor de sectoren VVT, GZ, GGZ en/of Jeugdzorg weet de nieuwe adviseur een sterk businessplan te maken dat snel rendeert, met mooie opdrachten voor zichzelf, en ook voor collega adviseurs.
Krijg jij mensen in beweging? En kun je snel schakelen tussen beleid en uitvoering? Dan ben jij misschien wel degene die ons team komt versterken!

De werving en selectie voor deze vacature verloopt loopt via K+V.

Vacature (Aankomend) Senior Adviseur Zorgorganisaties

Kennissessie sociaal domein

Wij verzorgen voor een Gelderse gemeente een interactieve ‘kennissessie sociaal domein’ voor beleidsmedewerkers in het sociaal domein, programmamanagers en andere functionarissen die zich bezighouden met strategie en beleid.

Doel van de kennissessie is om meer gevoel te krijgen bij de rol en positie die de gemeente in kan nemen als een betrouwbare en volwaardige gesprekspartner voor inwoners, zorgaanbieders, vastgoedeigenaren en welzijnsorganisaties. Maar ook om flexibel in te kunnen springen op verandering in vraag, wet- en regelgeving en financiering van zorg en ondersteuning. Zodat coalities kunnen worden gevormd met genoemde partijen om samen slimme oplossingen te realiseren op het gebied van wonen, zorg en welzijn.

Onderzoek prognose aanvragen Wmo

Een centrumgemeente wil in het begin van 2019 zicht krijgen op de ontwikkeling van de aanvragen voor Wmo-ondersteuning. Dit omdat de wachttijden oplopen en het aantal inwoners dat langer dan de wettelijke termijn moet wachten toeneemt. De gemeente heeft zelf onderzoek gedaan naar de geconstateerde problematiek en hier verbeteracties op uit gezet.

Om in de toekomst te voorkomen dat een dergelijke situatie zich wederom voordoet wil de gemeente een inhoudelijke analyse van de verwachte ontwikkeling van het aantal meldingen voor Wmo-ondersteuning. Daarbij hebben zij bureau HHM gevraagd voor ondersteuning bij het in kaart brengen van de (mogelijke) externe oorzaken van de toename van het aantal meldingen in de toekomst en de effecten hiervan.

Onderzoek arbeidsmarkt zorg en welzijn

Arbeidsmarktontwikkelingen beďnvloeden de match tussen de vraag en het aanbod van arbeid in de sector Zorg en Welzijn. Het doel van dit onderzoek is om meer inzicht te krijgen in de oorzaken en gevolgen van krimp van organisaties, de kwalitatieve mismatch, werkdruk, agressie, en de mogelijkheden die technologie en domotica bieden voor problemen met werkdruk, agressie en de inzet van personeel. Wij organiseren voor 10 branches in zorg en welzijn een veldarena. Daarin gaan we hiervoor met werkgevers en werknemers op zoek naar oorzaken, relevante factoren en oplossingsrichtingen.

Ruimte in het hoofd en in de agenda

We begeleiden een afdelingscoördinator van twee verpleeghuisafdelingen naar meer ruimte in het hoofd en in de agenda.

We starten met een analyse door aantal dagen mee te kijken en samen een actieplan op te stellen hoe de werkzaamheden anders en slimmer kunnen worden georganiseerd. Doel is dat op de korte en langere termijn de afdeling weer op orde komt. Daarna blijven we een aantal maanden betrokken om de afdelingscoördinator te coachen in het uitvoeren van het actieplan zodat ze grip op haar werk houdt en de juiste prioriteiten worden gesteld op locatie.

Bekostigingsmodel beschermd wonen

Een centrumgemeente en de zorgaanbieders willen het aanbod van beschermd wonen beter laten aansluiten op de vraag van cliënten, zodat zij zo passend mogelijk wonen en ondersteund worden. Daarom ontwikkelden we eerder een modulair pakket voor beschermd wonen met de onderdelen ‘wonen’, ‘persoonlijke/individuele begeleiding’ en ‘daginvulling en dagstructuur’. Hier gaan we nu samen met de lokale partijen een bekostigingsmodel van maken. In een aantal werksessies werken we de modules inhoudelijk verder uit en bepalen we de kostprijzen die bij de verschillende modules horen.

Evelien tijdelijk aan de slag als kwaliteitsadviseur bij Haagse wijk- en woonzorg

De Haagse zorgaanbieder HWW Zorg heeft de afgelopen jaren sterk ingezet op het verbeteren van de kwaliteit. Een aantal thema’s verdienen de komende tijd nog aandacht. Evelien biedt tijdelijke ondersteuning in de functie van kwaliteitsadviseur en draagt zo bij aan het verbeteren van de kwaliteit van zorg.

Het gaat om de volgende werkzaamheden:

  • Verbeteren medicatieveiligheid en methodisch werken
  • Uitvoeren en uitwerken van interne audits
  • Aanpassen/inkorten/ontdubbelen van het kwaliteitshandboek
  • Evaluatie van het (werken met het) Elektronisch Cliëntendossier en het werken met het classificatiesysteem

Het gaat dus om het werken aan een toekomstbestendig kwaliteitssysteem en tegelijkertijd om het signaleren en oppakken van acute problemen in het hier en nu. Evelien kent de ouderenzorg goed en heeft in de afgelopen periode diverse kwaliteitsscans uitgevoerd.

HHM’ertje – Aan tafel

HHM'ertje

Als adviseurs komen wij op veel verschillende plekken en binnen veel verschillende organisaties. Regelmatig delen we een opvallende, grappige, inspirerende belevenis met u in de rubriek: HHM'ertje.
 


Aan tafel  
 
Op een zomerse dag zet ik mijn dochter van elf maanden in de kinderstoel op ons terras om samen een hapje te eten. Wij kijken uit op een terras van een verpleegafdeling voor mensen met dementie. Daar is het ook etenstijd. Een deel van de bewoners kan dit nog zelf, een ander deel heeft hier hulp bij nodig. Net als mijn dochter. Het doet mij beseffen hoe zeer die eerste en laatste levensfase op elkaar kunnen lijken. En vooral hoe belangrijk het is dat er voor deze mensen naast professionele zorg ook aandacht en warmte is.

Door Nicole Brink

Hoeveel zorggeschikte woningen heeft uw gemeente in de toekomst nodig?

Bureau HHM ontwikkelde een methode die specifiek in kaart brengt hoeveel zorgwoningen, huur of koop, in de toekomst nodig zijn om te kunnen voldoen aan de behoeften van kwetsbare inwoners. Door dit te vergelijken met het huidige aanbod van zorggeschikte woningen ontstaat een duidelijk beeld van de lokale woonopgave.

Deze methode maakt gebruik van gemeente-specifieke data over onder andere de woonzorgbehoefte en het woningaanbod op wijkniveau. Met behulp van onze analyse-tools vertalen we deze data naar informatie die u nodig heeft om antwoord te krijgen op vragen zoals:

  • Hoeveel appartementen voor mensen met dementie heeft onze gemeente in 2028 nodig?
  • Hoeveel rolstoeltoegankelijke woningen in welke prijsklasse hebben we in 2028 nodig?
  • Naar welke wijken kunnen mensen die voorheen in het Beschermd Wonen verbleven het beste uitstromen?
  • Hoeveel woningen, van welk type en in welke prijsklasse, heeft onze gemeente nodig om jongeren tot 23 jaar met een hulpvraag te huisvesten?
  • Welke voorzieningen moet onze gemeente in de nabijheid van een complex waar zorgbehoevende ouderen wonen realiseren, zodat zij daar passend kunnen wonen?

Bent u op zoek naar antwoorden op dit soort vragen?
Lennart Homan vertelt u graag hoe bureau HHM kan helpen.

Uitspraak CRvB onderzoek normtijden huishoudelijke hulp: advies HHM en KPMG is toepasbaar voor gemeenten

 
Bureau HHM en KPMG Health hebben met interesse kennisgenomen van de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) in de zaken tegen de gemeenten Nijkerk en Bodegraven Reeuwijk over normtijden voor huishoudelijke hulp onder de Wmo 2015.
 
Hoewel de bureaus geen partij zijn in de zaak werd het onderzoek dat de bureaus eerder gezamenlijk voor gemeenten en in het bijzonder de gemeente Utrecht hebben uitgevoerd in twijfel getrokken. In de zaak die de CRvB behandelde gaat het om de vraag of het toegekende aantal uren hulp bij het huishouden gebaseerd is op onafhankelijk en deugdelijk onderzoek naar de tijd die nodig is voor het schoonhouden van een huis. De Raad concludeert dat het onderzoek van bureau HHM en KPMG naar de onderbouwing van de normtijden voor huishoudelijke hulp deugdelijk is.
 
Arjan Ogink van KPMG is überhaupt blij dat er nu een zienswijze is van de CRvB. ‘Vernieuwing van de Wmo 2015 vraagt om het bewandelen van nieuwe wegen. In het uitgevoerde onderzoek heeft het belang van burgers en het belangrijke werk van professionals net zo centraal gestaan als de zoektocht naar vernieuwing. Het is goed dat er een systeem is waarbij er bijstelling kan volgen uit rechterlijke toetsing. Na de uitspraak in 2016 hebben diverse gemeenten gericht aanpassingen gemaakt en normeringen bijgesteld. Aanpassingen die zijn gemaakt waren nog niet eerder op deze wijze getoetst’. Ogink doelt ondermeer op de onderzoeken waarbij bureau HHM en KPMG adviseerden in een norm vanuit onafhankelijk en objectief onderzoek en latere uitvoeringsvarianten die zijn beschreven. Maar ook het ontwikkeltraject: Wmo 2015 in uitvoering: Passend en onderbouwd (lokaal) beleid voor hulp bij het huishouden dat gemeenten gezamenlijk hebben doorlopen.
 
Nico Dam, bureau HHM: ‘Het is voor de betrokken gemeenten niet de gewenste uitslag, tegelijk laat het zien hoe belangrijk het is dat gemeenten zorgvuldig beoordelen of het eigen beleid past bij het beleid van de gemeente waar bureau HHM en KPMG het onderzoek hebben uitgevoerd. Nu de Centrale Raad heeft vastgesteld dat het toegepast bedrijfskundig onderzoek naar de onderbouwing van de normtijden voor huishoudelijke hulp onafhankelijk en objectief is, kan het wel breder door gemeenten worden toegepast. Naast een uitgewerkt samenspel van beleid en onderbouwing is het belangrijk om kennis te nemen van de verdere inhoud van deze uitspraak van de CRvB, net als de uitspraak van 8 oktober, want dit kan ook consequenties hebben voor de wijze waarop gemeenten hun beleid inrichten als het gaat om deze en andere Wmo-voorzieningen.’

Voor meer informatie:
Willem Bonekamp, woordvoerder KPMG
Nico Dam, partner bureau HHM

 

HHM’ertje – Privacy op het toilet

HHM'ertje

Als adviseurs komen wij op veel verschillende plekken en binnen veel verschillende organisaties. Regelmatig delen we een opvallende, grappige, inspirerende belevenis met u in de rubriek: HHM'ertje.
 


Privacy op het toilet   
 
In een woonzorgcentrum loop ik mee met de verpleegkundige. Ik maak een kwaliteitsfoto van de locatie om sterke punten en leerpunten te benoemen. We arriveren bij een bewoner die op het toilet zit en hulp nodig heeft. De verpleegkundige vertelt dat ze vandaag iemand heeft meegenomen. Ik heb geen idee in hoeverre de man op het toilet op zijn privacy gesteld is. Discreet blijf ik om de hoek van de badkamer staan tot de verpleegkundige me heeft geïntroduceerd. Ze is amper uitgesproken of de man vraagt: “Maar is die mevrouw dan mensenschuw?”

Door Evelien Rijken  

Een frisse blik op uw woonzorglocaties


Tangenborgh

Op vijf woonzorglocaties van Tangenborgh, voerden Chantal IJland en Evelien Rijken een kwaliteitsscan uit. Door observeren, meelopen en interviewen brachten zij in kaart hoe de locaties ervoor staan op de thema’s persoonsgerichte zorg, sturen op kwaliteit en veiligheid en deskundige zorgverlener. Dit leverde per locatie een helder beeld op van wat er goed gaat en welke verbeterpunten er zijn. In vervolggesprekken wordt nu gekeken hoe deze verbeteringen ingezet kunnen worden.

De resultaten uit de kwaliteitsscan bevestigden enerzijds het beeld dat bestond van de locaties anderzijds leverde het verrassende nieuwe inzichten op die de teams kunnen helpen zich verder te ontwikkelen en de kwaliteit te verbeteren.

Multidisciplinair samenwerken was op veel locaties een aandachtspunt, daarom worden de vervolg­gesprekken multidisciplinair gevoerd.

Evelien: “Het kan enorm helpen als iemand van buiten met een open en frisse blik in gesprek gaat met medewerkers. Vaak komen er dan andere punten naar boven dan wanneer organisaties dit zelf laten doen door bijvoorbeeld een kwaliteitsmedewerker of locatiemanager. De vraagstelling en verhoudingen zijn anders waardoor een open dialoog ontstaat.”

Heeft u ook behoefte aan een frisse blik op uw locaties?

Evelien vertelt u graag over onze aanpak.